top of page

BLOG

Lees meer over wat we doen, wat ons drijft en hoe we winnen.

Boek: De meetmaatschappij

Bijgewerkt op: 21 mrt

Wat we lezen…

De meetmaatschappij door Berend van der Kolk

Gelezen door Charlotte


Wat lees je en waarom?

Meten is weten, zeggen we vaak. Maar wat als we vooral meten omdat het kan, en niet omdat het iets oplevert? In De meetmaatschappij laat Berend van der Kolk zien hoe cijfers, KPI’s en prestatiedata steeds vaker leidend zijn in hoe we organisaties en mensen aansturen. Wat we meten, bepaalt wat we belangrijk vinden – en dat is niet altijd wenselijk. Dit boek helpt je om bewuster na te denken over de rol van meten in organisaties en de bredere samenleving.


Ik was benieuwd naar dit boek omdat ik mezelf herken in die meetdrang. Ik houd – of hield – van alles bij: sportprestaties, tijden, hartslag, noem maar op. En breder dan dat: ik heb een neiging om allerlei data te verzamelen. Hele excelsheets vol met gegevens, zonder altijd te weten wat ik daarmee ga doen. De vraag wanneer helpt meten je echt vooruit, en wanneer wordt het een doel op zich? houdt me dus regelmatig bezig.


Van der Kolk neemt je mee langs herkenbare voorbeelden: scholen waar de nadruk op toetsresultaten ten koste gaat van brede ontwikkeling (luister in dat kader ook eens naar onze podcastaflevering over de toekomst van onderwijs), ziekenhuizen waar de administratie soms belangrijker lijkt dan de patiënt, en bedrijven waar KPI’s vooral worden gebruikt om af te rekenen in plaats van te verbeteren. Zijn boodschap is helder: meten is niet verkeerd, maar moet ondersteunend zijn en niet allesbepalend.

Wat vind je ervan?

Dit boek snijdt een belangrijk thema aan. Data kunnen ons helpen betere keuzes te maken, maar als we niet kritisch blijven, sturen we vooral op wat meetbaar is en verliezen we andere waarden uit het oog. Ik vond het een interessant en prettig leesbaar boek. Van der Kolk zet helder uiteen hoe meten ons gedrag beïnvloedt en welke risico’s dat met zich meebrengt. Daar ben ik het helemaal mee eens: data zijn nuttig, maar zodra ze leidend worden in plaats van ondersteunend, gaat het mis.


Zo zitten we ook bij De Selectie in de wedstrijd. We gaan uit van vertrouwen als vertrekpunt, data als ondersteuning. We geloven niet in standaardformulieren voor functioneren of afrekenen op cijfers zonder context. Data – zoals urenregistratie of rendement – zijn hulpmiddelen voor een goed gesprek, niet een doel op zich.


Voor wie hier nog niet veel mee bezig is, is dit boek een waardevolle wake-up call. Het helpt je anders te kijken naar hoe cijfers en meetinstrumenten ons gedrag beïnvloeden. Maar als je al bekend bent met de discussie rondom meetcultuur, biedt het weinig nieuwe inzichten. Ik had gehoopt op meer concrete antwoorden op de vraag: hoe dan wél? Van der Kolk roept op tot ‘bewuster omgaan met meten’, maar blijft vaag over wat dat precies betekent in de praktijk. Wat mij betreft had hij ook scherper mogen zijn over iets heel eenvoudigs: soms moet je gewoon stoppen met meten als het niet werkt of ongewenste bijeffecten heeft.


Een van de problemen die wij vaak zien in organisaties is namelijk dat zodra een meting of KPI is ingevoerd, die voor altijd blijft bestaan, zelfs als het niets toevoegt of zelfs schadelijk is. Mensen zijn huiverig om iets los te laten, want “meten is weten” en stoppen met meten voelt als controleverlies. Maar als een meting contraproductief werkt, zou je net zo kritisch moeten durven zijn als bij een mislukt project: trek de stekker eruit.


Misschien zou je kunnen zeggen:

  • Meet alleen als het helpt bij leren, verbeteren of verantwoorden.

  • Stop met meten als het vooral leidt tot bureaucratie, perverse prikkels of schijnzekerheid.

  • Maak evalueren en reflecteren op je meetcultuur een vast onderdeel van je organisatie.


Wat dit boek wel goed doet, is je laten reflecteren op hoe je zelf met meten omgaat. Ik merkte dat ik gaandeweg niet alleen nadacht over organisaties, maar ook over mijn eigen meetdrang. Wanneer helpt meten me echt, en wanneer wordt het een doel op zich? Dat bewustzijn maakt dit boek waardevol.

En dus?

Dit boek onderstreept waarom dat belangrijk is. Wie aan de slag wil met bewuster omgaan met meten, vindt in De meetmaatschappij een goed beginpunt. Vooral voor bestuurders, managers en beleidsmakers die (nog) niet stilstaan bij de impact van meten, is dit een aanrader. Wie zoekt naar concrete alternatieven, zal merken dat dit boek vooral uitnodigt om verder te denken.


kaft meetmaatschappij








Comments


bottom of page